Wat is Virtuele Montage

Wat is Virtuele Montage?
Als we een video montage programma op de PC goed willen gebruiken, dan is het heel belangrijk dat we ook begrijpen hoe een montage programma werkt.
Vandaag monteert zo goed als iedereen video op een computer.
Deze vorm van monteren wordt ook wel ‘virtuele montage’ genoemd.
Maar, waar komt deze benaming vandaan? Waarom wordt dit virtueel genoemd?
Als we het begrip ‘virtueel’ opzoeken, dan krijgen we volgende uitleg hiervoor:
Iets wat niet echt is, maar wel echt lijkt of wat slechts denkbeeldig is.
Waar slaat dit nu eigenlijk op in verband met een montage systeem?
Om dit te begrijpen, kunnen we best de volgende vraag stellen:
Stel dat ik drie uren aan beeldmateriaal heb ingeladen op de harde schijf van mijn computer.
Van die drie uren beeldmateriaal maak ik een film van anderhalf uur.
Hoeveel uren video heb ik uiteindelijk op mijn harde schijf?
Het antwoord hierop is drie uren.
Een groot aantal mensen denkt nog steeds dat de montage gebeurt door het kopiëren van video naar een sequentie of een tijdslijn. Dit is fout.
Wanneer we videoclips in onze montage invoegen, dan plaatsen we alleen maar een instructie voor ons montage programma.
We maken eigenlijk een Edit Decision List (EDL) of een lijst met instructies.
Bijvoorbeeld, onderstaande lijst toont ons een montage van twee videobestanden in een nieuwe sequentie die we ‘Versie 01’ noemen.
Versie 01
001         VA1       clip abc 00:00:00:00          00:00:02:00         00:02:14:22          00:02:16:22
002         VA1       clip dfg 00:00:02:01          00:00:05:08          01:14:33:05          01:14:36:12
001 en 002 zijn de ‘edits’ die we gemaakt hebben.
Als we dus regel 1 (edit 001) lezen, dan betekent VA1 dat we van het gekozen videobestand ‘clip abc’ de Video en het Audiospoor 1 gebruiken. De twee eerste tijdcodes van de regel zijn het inpunt en het uitpunt van onze sequentie of montage. De twee volgende tijdcodes van de regel zijn de tijdcodes van het inpunt en uitpunt van onze gekozen clip abc.
We geven dus als instructie aan onze montagesoftware dat we voor het eerste beeld in onze montage, clip abc willen weergeven vanaf tijdcode 02:14:22 tot tijdcode 02:16:22
We vertellen dus aan onze software dat – wanneer we weergave (Play) selecteren in onze sequentie – onze software het betreffende videobestand moet gaan zoeken op onze harde schijf en het vervolgens moet weergeven vanaf tijdcode 02:14:22 tot tijdcode 02:16:22.
Vervolgens moet onze software het videobestand van clip dfg op onze harde schijf opzoeken en hiervan eveneens het video en audiospoor 1 weergeven vanaf tijdcode 01:14:33:05 tot 01:14:36:12. Dit is dan edit 002
V1
CLIP ABC
CLIP DFG
A1
CLIP ABC
CLIP DFG
Natuurlijk geldt dit ook voor de clips die we importeren in ons montage programma.
In onze software kunnen we zogenaamde bins aanmaken. Dit zijn eigenlijk folders waarin we onze videobestanden kunnen importeren binnen ons project. Zo kunnen we ons beeldmateriaal ook gaan sorteren volgens inhoud zoals, bijvoorbeeld, exterieur, interieur, interviews, dagopnamen, nachtopnamen, close-ups, enzovoort.
We importeren natuurlijk niet de fysieke beelden, we maken enkel een link naar het mediabestand op onze harde schijf. In onze bin wordt dit mediabestand weergegeven door een icoontje of een tekstbestand. Dus, ook hier is het slechts informatie.
Als we dus een videobestand willen bekijken, dan selecteren we de clip in onze bin.
De computer begrijpt dan dat we een video op onze harde schijf willen bekijken en gaat dit dan – op een voor ons begrijpbare manier – construeren.
We kunnen dus ook bestaande clips gaan dupliceren naar meerdere bins zonder dat dit meer ruimte op onze harde schijf zal innemen. We dupliceren immers geen videobestanden, maar enkel de links ernaar.
Conclusie.
Als we een montage maken dan kopiëren we dus geen video en/of audiobestanden.
We maken enkel een lijst met instructies die onze computer na mekaar moet uitvoeren.
Als we onze montage bekijken, dan lijkt het alsof het echt gemaakt is.
Het is echter alleen maar puur denkbeeldig, het is virtueel.
Pas als we aan onze computer de opdracht geven om een nieuw videobestand aan te maken van de lijst met instructies (exporteren), maken we een fysiek bestand aan van onze montage en zal deze dan ook meer ruimte innemen op onze harde schijf.
Als nu tijdens de montage, onze computer meerdere videobestanden simultaan moet weergeven, dan kan het zijn dat onze computer (lees grafische kaart) niet krachtig genoeg is om dit te doen. Dan kunnen we dit oplossen door een nieuw fysiek bestand aan te maken die de verschillende videobestanden vervangt tijdens de weergave. Dit nieuwe bestand noemen we een ‘mixdown’. Dit bekomen we door de opdracht ‘Render’ of ‘mixdown’ te kiezen. Dit bestand neemt natuurlijk ook ruimte in op de harde schijf.
Verklarende woordenlijst.
Clip: dit is een icoontje of tekst dat bestaat uit informatie. Deze informatie of data maken het mogelijk om bestaande Mediabestanden op de harde schijf terug te vinden via een link naar die bestanden. Een clip neemt zeer weinig ruimte in beslag op de schijf.
Mediabestand: dit is een bestand dat bestaat uit media. Deze media kunnen bestaan uit video, audio, foto of grafisch werk. Een mediabestand neemt meer ruimte in beslag dan een zuiver databestand.
Een mediabestand is opgemaakt uit binaire informatie dat via de nodige software omgezet wordt naar een door de mens begrijpbare taal.
Binair: dit is een stelsel dat bestaat uit slechts twee tekens, 0 en 1, dat door een computer kan gelezen worden. De computer converteert die informatie naar voor de mens begrijpbare informatie via software.
Edit: dit is een enkele montage instructie.
Tijdcode: dit is een tijdswaarde dat gegeven wordt aan een videobestand tijdens de opname.
De tijdcode bestaat uit 8 cijfers waarvan telkens twee cijfers de uren, de minuten, de seconden en het aantal beelden aangeeft. Voor Europa (PAL) is het aantal beelden per seconde gelijk aan 25. De teller gaat dus tot 24 waarna de volgende beeldwaarde terug 0 wordt, maar de seconde een cijfer stijgt.
Voor de Verenigde staten en Japan (NTSC) is het aantal beelden per seconde 30.
Mixdown: verschillende lagen worden gecombineerd in een enkele nieuwe laag die dezelfde informatie bevat. Deze nieuwe laag vormt ook een nieuw bestand.
Render; het consolideren van meerdere lagen in een nieuwe laag door een nieuw bestand aan te maken.
Rudy Willox